Alle Inhalte dieses Internetangebots insbes. Bilder und Musikwerke sind urheberrechtlich geschützt. Ausgenommen der Links zu externen Seiten und Zitaten Dritter liegt das Urheberrecht bei Thomas Neuroth. Eine über den privaten Bereich hinausgehende Verwendung bedarf der vorherigen schriftlichen Zustimmung.  
Het duitse Neuschwanstein zette eind jaren zeventig met Battlement op charmante wijze de oude sound van Genesis voort. In 2008 volgde nog Alice In Wonderland met archiefmateriaal uit 1976. En nu is er zowaar een reünieplaat. Mmaar schijn bedriegt. Toetsenman Thomas Neuroth heeft nog wel zijn best gedaan om met fluitist Klaus Mayer een nieuw kasteelverhaal te vertellen, maar voor Fine Art begon hij met een schone lei: een compleet nieuwe formatie en volstrekt andere muziek. Dit laatste wordt direct duidelijk bij het ruim tien minuten durende Fêtes, een bewerking van een compositie van Claude Debussy. Na een Renaissanceachtig blokfluitmotief volgt een overdonderende, stevig rockende aaneenschakeling van krachtige thema’s, korte solo’s en weldadige orkestrale passages. Door de klassieke insteek zou je Neuschwanstein bij tijd en wijle een robuuste The Enid kunnen noemen. In de orgelpartijen zweeft daarbij geregeld de geest van Keith Emerson rond. De synthetische strijkers en blaasinstrumenten lijken samen met de ietwat getriggerd overkomende drumpartijen op het werk van Amin Bhatia, hoewel ze akoestisch weerwoord krijgen van onder meer klavecimbel, dwarsfluit en viool. De cd bevat nog twee interpretaties van oudere stukken: het romantische Der Mond Ist Aufgegangen van J. A. P. Schulz en Camille Saint-Saens als een gitaarballade gebrachte Wehmut, Stark Wie Banyuls. De eigen stukken sluiten hier goed bij aan, met als komisch intermezzo het grotendeels voorgelezen Die Geschichte Vom Kleinen Hähnchen. Het ene moment heeft de muzikale geschiedenis de overhand, zoals in de pianominiatuur God’s Little Plan en het door melodieuze dwarsfluit gedomineerde Per Omnem Vitam, en het andere nemen de twee gitaristen de leiding over van het orkest en voeren de luisteraar door complexe bombastische fragmenten, zoals in het tweedelige Florence Coleman. Op de website is een paragraaf gewijd aan de speciale mix van met name de solopartijen op Fine Art. Schone kunst. René  Yedema   ioPages -Tijdschrift over progressieve rockmuziek 141